Skip to content
Heijmans bouwt al 25 jaar aan een sprookjesachtige Efteling.
En ze bouwden nog lang en gelukkig

Bouwen aan een sprookjesachtige Efteling

28 november 2023

Geelkapje? Nee, zover gaat de verstrengeling van de Efteling en Heijmans nog niet. Maar regelmatig duiken er gele helmen op in het attractiepark. Gesprek over een Brabants sprookje dat al vijfentwintig jaar duurt.

Het hoofdkantoor van De Efteling is in stijl. Een sprookjesachtig gebouw dat je eerder aan de Loire dan in Brabant verwacht. Gert van den Hoven van architectenbureau Van Aken uit Eindhoven wijst naar het gebouw: “Zie je die regenpijpen? Die zijn opzettelijk met een hamer gedeukt. Zo wek je de schijn dat het oud is. Ook de torens zijn meteen herkenbaar als Efteling.” Hij kan het weten. De architect is al vanaf 2006 bij projecten van het attractiepark betrokken.

In datzelfde jaar veranderde ook het werk van Luc van Velthoven in een sprookje. Hij is bedrijfsleider Commercie Zeeland bij Heijmans en heeft al een hele trits projecten in Kaatsheuvel geleid. Het eerste 'gele' bouwwerk op de Efteling? Vogel Rok in 1998, waarna de samenwerking nog meer achtbaanvaart zou krijgen. Tussen 2002 en nu realiseerde Heijmans de PandaDroom, Joris en de Draak, Aquanura, Raveleijn, Baron 1898, Symbolica en Danse Macabre. De hand van Heijmans is ook terug te vinden in pannenkoekenrestaurant Polles Keuken, het Efteling Theater en Efteling Bosrijk voort.

Loyaliteit

Zwaan-kleef-aan, lijkt het Efteling-motto: langdurige verbondenheid, samen op pad. Hans Haens, strategisch inkoper van het attractiepark, spreekt het niet tegen: “We hebben bijvoorbeeld een stratenmaker die hier al zestig jaar over de vloer komt. In de regel zijn we trouw aan leveranciers. Maar die loyaliteit verwachten we ook omgekeerd. Als er chemie en onderling vertrouwen is, kom je ver.”

Vooral bij tegenslag bewijst een lange zakelijke verbintenis zijn waarde. Hans: “Ik herinner me dat Joris en de Draak midden in de zomer stilviel. Al snel bleek dat er een fundering moest worden gelegd. Ik Luc bellen, samen aan tafel. Dan is het fijn dat ik de kracht van Heijmans kan benutten.”

Wendbaarheid, flexibiliteit maar ook het spel van geven en nemen begrijpen, zijn volgens cultuurfilosofen uitgesproken zuidelijke eigenschappen. Toeval of niet: het zijn ook hoofdzakelijk Zuid-Nederlandse bouwers – zowel kleine als grote – die op de Efteling werken. Hans somt wat namen op: “Gubbels, Hoppenbrouwers, Kleingeld, Drijver, Pennings. Ja, vaak Brabants. Soms kennen mensen elkaar al: ‘Och, gij voetbalt ôk bij..!’” Maar waar je ook vandaan komt: dienstbaarheid aan het project moet vooropstaan, benadrukt hij. “Al die hesjes met verschillende logo's zou je uit kunnen doen. Iedereen werkt hier als één ploeg. Het is Team Danse Macabre. Punt.”

Iedereen werkt hier als één ploeg. Het is Team Danse Macabre.
Hans Haens, strategisch inkoper Efteling

Heilig

De Efteling kent geen aanbestedingen met kant-en-klaar bestek, maar voorselectie of rechtstreekse opdrachtverstrekking. Vaak is er sprake van een bouwteam. Hans: “Elk project begint met een Plan van Aanpak, waarbij er nog slechts een raming van de kosten is. Als je daar overeenstemming over bereikt, kun je de diepte in.”

Het budget is heilig, stellen ze in koor. Maar soms spant het erom. Luc: “Je werkt met veel interne stakeholders. Die hebben allemaal een wensenlijstje dat ze graag verwezenlijkt willen zien. Het begint met een droomvlucht, maar wij zorgen voor de landing.” Eerlijk is eerlijk: de grond raken kan weleens wat bonkig zijn. Gert: “Als je boven het budget uitkomt, moet je bijstellen. Dat verlangt veerkracht. Ik herinner me nog een ontwerp voor Symbolica, met veel torens. Die zouden zes ton per stuk zijn.” Het veroorzaakte budgettair hoogtevrees, maar het team van Hans, Luc en Gert liet zich niet ontmoedigen. Laatstgenoemde: “We hebben de torens uiteindelijk geconcentreerd, zonder aan beeldkwaliteit in te leveren.”

Evenwichtskunst

Elk project bij de Efteling doorloopt vijf fasen – van voorlopig ontwerp tot nazorg. Moodboards vormen de aftrap. Na zeventien jaar werken voor 'Kaatsheuvel' kan Gert nog altijd onder de indruk raken van de prachtige visuals. Opgewekt: “Maar ik kan er ook ‘doorheen’ kijken. Dan zeg ik tegen Luc: ‘Hoe is die constructie? En wat kost die grap?’ Wij beoefenen evenwichtskunst tussen droom en aardse werkelijkheid.”

Dat klopt, zegt Luc. “Je wil de moodboards zo goed mogelijk verwezenlijken. De Efteling daagt ons daarin ook tot het maximum uit. Het ontwerpen houdt niet snel op, want er blijven altijd nieuwe wensen oppoppen. Dan moet ik soms de spelbreker zijn, omdat er ook nog een planning ligt.” Tegelijkertijd blijft hij zoeken naar 'olifantenpaadjes'. Zoals? “Proberen om in de ruwbouw al zo veel mogelijk van het thema mee te nemen.”

De data van oplevering en ingebruikname staan in natuursteen gebeiteld. Begrijpelijk: een attractiepark met 5,43 miljoen bezoekers [2022] kan het zich niet veroorloven om te elfder ure een bordje ‘Nog twee maandjes geduld s.v.p!’ op te hangen. “De planning is lean”, bevestigt Hans. “Daar kan echt maar minimaal van afgeweken worden.”

We proberen om in de ruwbouw al zo veel mogelijk van het thema mee te nemen.
Luc van Velthoven, Heijmans bedrijfsleider Commercie Zeeland

Gekantelde blik

Sinds de opening van de Efteling in 1952 zijn Nederlanders het attractiepark als nationaal erfgoed gaan beschouwen. Dat geeft de opdrachten extra klank en kleur, stelt Gert. “Bij ons vindt iedereen het een feest om voor de Efteling te werken. Het is een wereld op zich. We werken ook graag aan technologisch hoogwaardige projecten, maar dan is Symbolica toch wel een verademing.” Met bijval van Luc. Hij roept een Heijmans-uitvoerder in herinnering die Efteling Bosrijk realiseerde: “Hij vond het een geweldige locatie. Fluitende vogels, springende eekhoorns. Da's toch echt anders dan een volle binnenstad of lege polder.”

Bovendien staat de Efteling voor creativiteit en verbeeldingskracht. Dat noodzaakt ook bouwers om met een gekantelde blik te kijken, weet Luc. “Neem de woningen in Bosrijk: die hebben gethematiseerde gevels, met metselwerk dat opzettelijk scheluw en niet ‘aan draad’ is. Zoiets botst met het vakmanschap van metselaars. Ze hebben echt moeite moeten doen om het scheef en grillig te maken. Er is zelfs een proefmuurtje gemaakt.” Ook even wennen: de kunstzinnige ingrepen van het Efteling-team. “Die komen de wanden smotsen”, zegt Hans met glimlach. Oftewel: enigszins smoezelig maken, om ze meer ‘ziel’ te geven.

Sorry, heks!

Na tweeëntwintig jaar Efteling weet Hans hoe de hazen in de bouwwereld lopen. Zijn gewogen oordeel over Heijmans: “Ze kunnen met complexiteit omgaan en schrikken niet zo snel terug. Dat is een groot goed.” Ook in duurzaamheid vinden de twee bedrijven elkaar. Spijtig voor het sprookje Het herderinnetje en de schoorsteenveger – die laatste zweert bij kachelroet – maar de Efteling wil in 2030 klimaatneutraal en in 2032 zelfs klimaat+ zijn. “Zonneparken, circulair bouwen: we willen het meest duurzame attractiepark van Europa worden”, vertelt Hans. Heijmans denkt er graag in mee, reageert Luc. “Duurzaamheid gaat verder dan het inzetten van elektrisch materieel.”

Gert, geestdriftig: “Ook bij afval klinkt voortdurend de vraag: ‘Kunnen we het hergebruiken?’ Oogsten, noemen we dat. Van verroeste golfplaten tot planken: je bekijkt materialen met andere ogen dan vroeger.”

In het najaar van 2024 opent de Efteling de nieuwe attractie Danse Macabre, waar ook Heijmans bij betrokken is, en het Efteling Grand Hotel. Een tipje van de sluier? Nee, nog niet. Vertrouwelijkheid is een groot goed, weten Luc en Gert. Bij elk nieuw Efteling-project ondertekenen zij een verklaring dat hun lippen verzegeld blijven. Maar dan nog. Hans: “Ik heb meegemaakt dat Efteling-fans via de ramen een tekening in een keet wisten te fotograferen. Daar zijn we kien op geworden.” Gert knikt instemmend: “Ook bij de gemeente Kaatsheuvel, die de bouwvergunningen behandelt, zie je grote zorgvuldigheid. Je wil geen 'Functie Elders'-toestanden.”

Van verroeste golfplaten tot planken: je bekijkt materialen met andere ogen dan vroeger.
Gert van den Hoven, architectenbureau Van Aken

Geen paniek

Het gevoel van trots kennen ze alle drie. Hans: “Het is gaaf dat je aan iets moois kunt meewerken.” En je steekt er iets van op, vult Luc aan. “De Efteling blinkt uit in klantvriendelijkheid. Ze zetten elke bezoeker op een voetstuk. Knap hoor.” Dat ervaren ze ook bij bezoek aan Kaatsheuvel met hun eigen gezin. Of ze ook een favoriet sprookje hebben? Hans zonder aarzelen: ‘Het meisje met de zwavelstokjes’. Gert gaat voor Hans en Grietje, “vooral die zwarte kat met zijn gloeiende ogen. Luc heeft geen specifieke voorkeur, maar wel voor spannende ondergrondse werelden – je bent bouwer-met-verstand-van-infra of niet.

Afscheid van het drietal buiten het hoofdgebouw, waar Raveleijn aan grenst. Dankzij oostenwind waait een flard van de vertelling voorbij. “Kijk, een valk! Dat is een slecht voorteken!”, roept een meisje angstig. Maar Hans, Luc en Gert blijven er volkomen kalm onder. Geen paniek. Na jaren samenwerking op de Efteling hebben ze één ding geleerd: het kan erom spannen, maar het komt altijd goed.

Neem contact met ons op